Marokkanen in Brussel

(lees eerst: criminaliteit en etniciteit


Toen ik veertig jaar geleden in Brussel woonde, terroriseerden Marokkaanse jochies toen al de straten. Blinden die op straat loten verkochten, werden stelselmatig beroofd. De blinden zijn in Brussel uit het straatbeeld verdwenen. Die jochies zijn ondertussen 55-plussers en genieten al 35 jaar van een uitkering. Hun kinderen en kleinkinderen nemen het roer over.

De oorzaak van al deze problemen ligt niet bij de Marokkanen zelf. De schuld ligt bij de overheid, politici en bestuurders die al decennia lang een laks beleid voeren en niet de noodzakelijke maatregelen nemen om immigranten een beter toekomstperspectief te bieden. De schuld ligt ook bij die media die als aasgieren waken over het lijk van het politiek correcte  denken. In feite zijn zij de echte racisten omdat zij de deskundigen belemmeren het echte werk te doen om de toekomst van de immigranten en hun kinderen te verbeteren. Nu is de Marokkaanse gemeenschap zelf het voornaamste slachtoffer van de terreur die een kleine minderheid uitoefent en de hele groep een bar slechte naam bezorgt.

Als hulpverlener weet ik wat er moet gebeuren. Mijn ervaring in Nederland en België leert echter dat in beide landen mijn ideeën niet gerealiseerd kunnen worden omdat alles verzandt in oeverloze discussies met managers, bestuurscommissies en ambtenaren.

Ik doe een poging om, tegen beter weten in, bondig een plan van aanpak te schetsen bedoeld voor jonge Marokkaanse recidiverende criminelen. Ik baseer mij op mijn jarenlange klinische praktijk en vooral ook op evaluatie-onderzoek over preventie- en interventieprogramma’s. Dit laatste laat geen twijfel bestaan over wat effectief is en wat niet.

Een harde aanpak?

Moeten die jonge criminelen hard aangepakt worden? Natuurlijk, maar ik ben geen populist. Eerst moeten we weten wat bedoeld wordt met een harde aanpak. Ten tweede moeten we er zorg voor dragen dat die harde aanpak het probleem niet verergert. Politici die schreeuwen om een harde aanpak, bedoelen in feite een aanpak die de criminaliteit zal doen toenemen. De domheid van populisten wil ik wel even doorprikken.

Bij een pleidooi voor een harde aanpak moeten we eerst weten wat wettelijk mogelijk is. Hoe lang kan een jonge crimineel die op gewelddadige wijze een tasje rooft van een bejaarde in detentie geplaatst worden? Enkele maanden, hooguit één jaar en als er geen plaats is in de jeugdgevangenis, komt hij  kort na het delict misschien voorlopig terug op straat. De bejaarde zelf die een heup heeft gebroken, zal haar laatste levensjaren met fysiek lijden en angst doorbrengen.

Een harde aanpak kan ongewenste effecten hebben. Die aanpak is in feite niets anders dan een gevangenisstraf. De jonge crimineel zal een tijd doorbrengen in een groep even criminele jongeren. Het effect hiervan laat zich raden. Recidive na een verblijf in de jeugdgevangenis ligt tussen de 40 en 90 procent. De meesten worden na de detentie gewelddadiger.

Om recidive te voorkomen moet een harde aanpak altijd worden gecombineerd met een educatief programma. Maar hier stuiten we op een groot probleem. “Evidence-based interventions” of behandelingen waarvan de effectiviteit op de lange termijn is aangetoond, bestaan altijd uit een pakket intensieve programma’s dat gedurende lange tijd moet worden toegepast. Voorbeelden hiervan zijn: frequente huisbezoeken, oudertrainingen, passende opleiding, anti-agressietrainingen, aangepaste vrijetijdsbesteding, enzovoort. Geen enkele jeugdbeschermingsvoorziening kan zo’n programma aanbieden bij gebrek aan geld en aan goed opgeleide hulpverleners.

Het probleem lijkt dus onoplosbaar, tenzij men kiest voor onorthodoxe maatregelen. Ik ken er twee:

1. In de jeugdzorg absolute prioriteit geven aan de aanpak van jonge, gewelddadige delinquenten  en ernstig gedragsgestoorde jongeren. Voorzieningen die zich richten op deze groep en de nodige intensieve begeleiding geven, krijgen het meest subsidie. Het geld hiervoor wordt gevonden door talloze andere voorzieningen in de jeugdzorg gewoonweg af te schaffen.

2. Een overeenkomst aangaan met de Marokkaanse regering om in Marokko een door ons gesubsidieerde vakinternaat te openen voor de jonge criminelen.

Naschrift

- de belangrijkste maatregel die moet worden genomen is preventie. Dit is de enige mogelijkheid om op de lange termijn de positie van immigrantenkinderen te verbeteren. Hierbij denken we aan ouderbegeleiding vanaf de eerste levensjaren van het kind, passend basisonderwijs, naschoolse opvang met educatieve activiteiten, ... Op een andere pagina gaan we hier uitvoeriger op in (LINK)

- als de twee voorstellen die hierboven staan geformuleerd door de overheid worden genegeerd, dan vrees ik het ergste voor de toekomst: er komt een steeds grotere onderklasse van jongeren van Noord-Afrikaanse herkomst die kansloos zijn in onze maatschappij. Als daar bovenop een ernstige economische recessie optreedt zullen extremistische krachten onder de moslims en van extreem rechts niet meer in te tomen zijn. Wie mijn adviezen niet ter harte neemt, kent de geschiedenis niet.

Acker, J.C.A. van (2010). . Antwerpen: www.ministrando.org (INFO en BESTELLEN2de herziene druk, januari 2013 (met nieuwe casussen en evaluatie-onderzoek)
Jeugdzorg en reclassering: harde kern jongeren en Marokkaanse relschoppers


ALTERNATIEVE TEKST (VERVOLG)


HOM