https://www.ministrando.org/sitemap.xml.gz

Online adviezen voor ouders: een inleiding

Dit is een uitgebreide versie van mijn lezing op de Boekenbeurs te Antwerpen 2015, over mijn boek: ’Gek van kinderen: Online adviezen voor ouders’ (Antwerpen/Apeldoorn: Garant. ISBN 978-90-441-3164-2)

Goedemorgen en welkom, de volgende drie kwartier wil ik het hebben over mijn boek ’Gek van kinderen: Online adviezen voor ouders’. Dit boek gaat over kinderen in de leeftijd van 1 tot 19 jaar waarover de ouders advies hebben gevraagd omdat ze met de handen in het haar zaten of radeloos wegens het moeilijke gedrag van hun kind.

Ik zal de volgende punten in het kort behandelen:

Overzicht:

- hoe is het boek ontstaan?

- voor wie is het bedoeld?

- daarna licht ik dit toe met 2 voorbeelden van adviezen met enkele nuttige richtlijnen voor ouders

Daarna is er gelegenheid om vragen te stellen of voor discussie. Tijdens mijn lezing mag je me best onderbreken als iets niet duidelijk is of als je dringend een opmerking wilt maken.


Punt 1: Hoe is dit boek ontstaan?

Ik ben orthopedagoog. Dit wil zeggen dat ik kinderen en jongeren in behandeling heb die ernstig probleemgedrag vertonen, die in zekere zin gedragsgestoord zijn. De groep waar ik het meest bij betrokken was was de groep van jonge criminelen die steeds recidiveren.

Dit boek gaat echter niet over die zware problemen. Het gaat over problemen die in de meeste gezinnen wel eens kunnen voorkomen. Toch is mijn boek uit mijn orthopedagogische praktijk ontstaan. Ik zal dit even kort beschrijven.

Mijn belangrijkste doelgroep als orthopedagoog waren jongeren die zo problematisch van gedrag waren dat ze uit huis moesten worden geplaatst, in een tehuis of door de jeugdrechter geplaatst in een gesloten instelling.

Ik ben tweemaal directeur geweest van een gesloten instelling: in België in een gesloten instelling voor meisjes (in Brugge, nu ligt dit in Beernem), daarna in Nederland.

In die tehuizen of instellingen hebben de meeste jongens en meisjes best een goede tijd. Dank zijn de structuur die hen wordt geboden en de vele aandacht die ze krijgen, gedragen ze zich daar redelijk.

Maar als ze terug naar huis gaan, beginnen de problemen meestal van voren af aan. Het gezin zelf is namelijk niet veranderd.

Toen ik hoogleraar werd te Nijmegen begon ik meteen met een project voor intensieve behandeling van gezinnen, bedoeld om jongens en meisjes die uit huis geplaatst zouden worden, toch in het gezin te behandelen. Dat was vrij succesvol en ondertussen zijn er in Nederland en België tientallen van deze projecten.

Maar hier zal ik het verder niet over hebben (voor meer informatie hierover: link)

In Nijmegen meldden zich ook ouders spontaan aan. Die ouders hadden mij gezien op tv omdat ik regelmatig gevraagd werd in programma’s over jeugdcriminaliteit of over ADHD. Die ouders waren ook welkom. Meestal ging het over minder ernstige problemen en het ging ook over heel jonge kinderen.

Bij al deze gezinsbehandelingen en bij de begeleiding of advisering van ouders vielen mij twee zaken op:

  1. duidelijke en concrete richtlijnen die de ouders in hun dagelijks leven, in de omgang met hun kinderen kunnen toepassen, kunnen vaak heel snel tot goede en blijvende resultaten leiden. Dit was ook af en toe het geval bij zeer problematische kinderen bij wie allerlei therapieën tot nog toe niet hadden geholpen.
  2. Succes  van de behandeling is erg afhankelijk van het ontstaan van een samenwerkingsrelatie met de ouders. De ouders worden beschouwd als de experts: zij kennen hun kind het best, zij gaan er dagelijks mee om en ook belangrijk: als de hulpverlener stopt met zijn behandeling, moeten de ouders alleen verder met hun kind.


Met de komst van internet, toen in ongeveer alle gezinnen een computer aanwezig was, heb ik een website gebouwd met voorbeelden van probleemgedrag bij kinderen en hoe die het best aangepakt kunnen worden. Ouders die advies wilden, konden mij mailen. De adviezen werden kosteloos verstrekt.

Ik vroeg me wel af of deze adviezen via e-mail zouden werken. Want ik was gewend de ouders zelf te spreken, zo mogelijk op huisbezoek te gaan en zo nodig heel intensief contact te hebben gedurende enkele maanden.

Om zeker te zijn dat mijn adviezen nuttig waren, stuur ik de ouders twee maanden na mijn advies een mail met het verzoek op drie vragen een cijfer te geven en indien zij het wensten, konden ze er ook nog wat commentaar onder schrijven.

De drie vragen waren: Heeft het advies geholpen? Zijn de gedragsproblemen bij uw kind afgenomen? en Voelt u zich nu zelfzekerder bij de opvoeding?

82 % van de ouders hebben hierop gereageerd. Op de eerste vraag was het gemiddelde cijfer 8,4; op de tweede 6,4 en op de derde 7,9. Ik heb twee groepen onderzocht en de gemiddelden waren gelijk.

Het gaat om gemiddelden: dit wil zeggen dat er ouders zijn die drie keer het cijfer 10 geven en ouders die slechts een 2 geven. Maar meestal is het dus goed.

Om een eerlijk beeld te geven van de evaluaties door de ouders heb ik alle gezinnen genomen die in een bepaalde periode om advies hebben gevraagd. Er was dus geen selectie.

Punt 2: Voor wie zijn deze adviezen bedoeld?

Zoals uit de inhoudstafel in mijn boek blijkt gaat het om zeer gevarieerde problemen. Ik noem er enkele op (blz. 5 - 7).

Een belangrijk onderscheid die gemaakt kan worden is tussen (1) kinderen met problemen en (2) probleemkinderen.

Nagenoeg alle kinderen hebben we eens een periode waarin ze moeilijk van gedrag zijn. Dat zijn kinderen met problemen.

Slechts 5 % van de kinderen zijn echt gedragsgestoord. Dit zijn de probleemkinderen.

Er zijn belangrijke verschillen tussen deze twee groepen:

  • bij kinderen met problemen zijn de problemen tijdelijk; ze gaan meestal vanzelf over (tenzij er hulpverleners er aan te pas komen … Af en toe geef ik aan ouders het advies hulpverleners te mijden!)
  • bij probleemkinderen of gedragsgestoorde kinderen duren de problemen langer dan zes maanden
  • de eerste groep zijn er pubers die als kind heel makkelijk waren en eenmaal in de puberteit worden ze opstandig (prognose is meestal gunstig, tenzij de ouders er krampachtig op reageren en de relatie met hun kind ernstig verstoord wordt)
  • probleemkinderen zijn ook als kind problematisch van gedrag en dat zullen zij, zonder behandeling, ook als volwassenen zijn. Hier is de prognose dus ongunstig.
  • kinderen met problemen zijn niet overal moeilijk van gedrag: bijvoorbeeld alleen thuis en niet op school, of omgekeerd; of ze zijn heel lief en beleefd bij familie en thuis heel brutaal en onbeschoft. Probeer dan maar eens aan jouw familie uit te leggen wat voor een heks jouw dochter thuis is!
  • probleemkinderen zijn in allerlei verschillende situaties moeilijk van gedrag.


Ik zal dus steeds proberen er achter te komen of de problemen al altijd spelen of niet en in welke situaties het kind problematisch is en in welke niet.

Bij kinderen met problemen helpen de gewone opvoedingsmethoden. De hulp bestaat erin de ouders te leren die methoden wat systematischer toe te passen. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van een beloningssysteem: dit wordt vaak toegepast en vaak met tegenvallende resultaten; na het tijdje werkt het niet meer of het verwatert. Om die reden hebben we daar onderzoek over verricht en in mijn boek (blz. 60) staan precieze richtlijnen om een beloningssysteem toe te passen zodat het ook op de langere termijn effect heeft.

Vaak zeggen ouders dat ze al alles hebben geprobeerd en dat niets hielp.  Ik vraag dan naar concrete voorbeelden van probleemgedrag zodat duidelijk wordt hoe zij er op reageren. Op die manier ontdek ik meestal, samen met de ouders, een uitweg.

Bij de tweede groep is gespecialiseerde hulp noodzakelijk, maar ook hier is het belangrijk dat de ouders een sleutelrol blijven spelen in de behandeling. En zoals eerder gezegd: soms doet een duidelijk advies via e-mail wonderen.

Online-advies is natuurlijk niet voor ieder probleem geschikt. Als er ook relatieproblemen zijn, of er veel stress is omwille van armoede en werkloosheid, dan moet ook daaraan gewerkt worden zodat de ouders in staat zijn extra aandacht te geven aan de aanpak van hun kind. Ook zijn er problemen die zo diep geworteld zijn, dat adviezen nooit kunnen helpen als er niet iets grondig verandert in de persoonlijkheidsstructuur. In mijn loopbaan ben ik gebotst op twee problemen waar ik nooit een bevredigend resultaat kon bereiken: ernstige vormen van oudermishandeling en ernstige eetproblemen bij adolescenten die al sinds de kindertijd voorkwamen. Ik had daar graag meer onderzoek over willen doen, maar in ernstige vorm zijn deze problemen zo zeldzaam dat het jaren geduurd zou hebben eer ik voldoende proefpersonen had. Daar had ik helaas de middelen niet voor.

Anonimiteit is uiteraard gewaarborgd.

Ook mensen uit de arbeidersklasse weten mij te vinden. Internet biedt steeds nieuwe verrassingen. Allochtonen vragen vrijwel nooit om advies: als het eens gebeurt dan waren beide ouders hoog opgeleid. In hun cultuur speelt gezichtsverlies en schaamte een te grote rol. Die moeten op een andere manier benaderd worden, bijvoorbeeld via de school, maar dan op een respectvolle manier. Als orthopedagoog heb ik een paar honderd allochtonen gezinnen in behandeling gehad, maar in alle gevallen ging het om gedwongen behandeling, opgelegd door de jeugdrechter.

Punt 3: twee voorbeelden (niet uit mijn boek, maar uit mijn recente praktijk) 

Voorbeeld 1: kind van vier jaar oud

Ouders mailen mij het volgende:  

Wij zouden graag uw advies krijgen over hoe we het beste om kunnen gaan met gedrag van onze oudste zoon Paul die vier jaar oud is.

Waar we met hem tegen aan lopen is het volgende; Paul heeft zo'n sterke eigen wil dat hij bijna nergens naar luistert, en alles volgens zijn voorwaarden wil laten gebeuren.

Hij is 3 weken geleden gestart op de kleuterschool, en ook daar zijn gedragsproblemen.

Enkele voorbeelden;

-Hij geeft de juf geen handje als hij in de klas binnenkomt of weer naar huis gaat (dat is wel een regel die door de juf is opgesteld, de rest van de kindjes doet dit wel)

-Paul gaat niet op zijn stoel zitten in de kring zodat we goed en leuk afscheid kunnen nemen, maar hij gaat gillen en huilen dat hij bij ons wil blijven, totdat de juf zegt geef hem maar hier, en wij dan snel de klas moeten verlaten. (op het kinderdagverblijf had hij vroeger ook moeite met het afscheid nemen, het ging op soortgelijke wijze)

-Paul gaat niet plassen op school of op de naschoolse opvang (vroeger op het kinderdagverblijf deed hij dit ook niet, daar deden de leidsters hem uiteindelijk een luier om, omdat ze bang waren voor een blaasontsteking, thuis plaste hij al wel op de wc.)

-Als Paul zijn zin niet krijgt, gaat hij gooien en smijten met spullen.

Paul is een gevoelig, slim, leergierig, lief, behulpzaam kind van 4 jaar. Tot dat er iets moet gebeuren waar hij geen zin in heeft. Dan is er geen woord meer mee te wisselen, en hebben wij het gevoel dat ook niets wat we zeggen aankomt bij hem. Of we het rustig zeggen of boos, (wat we steeds vaker worden de laatste tijd) het komt niet aan bij Paul

Hij is slim en leergierig, omdat hij altijd de waarom vraag stelt, en zich niet laat afschepen, met een "daarom" maar altijd meer wil ontdekken. Hij wil graag leren tellen, en nu hij dat kan tot 17, wil hij alles wat los en vast zit tellen.

We hebben hem hier thuis via het sticker plak beloningssysteem zindelijk gekregen.

Op school heeft hij twee juffen, op ma en di Frieda en woe, do vrij Annie. Juf Frieda heeft op school ook het sticker systeem geprobeerd, maar volgens mij doet juf Annie het weer anders. Over 2 weken hebben we met beide juffen een gesprek over Paul hoe het gaat met hem, en hoe we het plasgedrag dan gaan aanpakken om hem hier mee te helpen, het zo goed mogelijk te laten lukken.

Na Paul's geboorte, heb ik zelf een post partum depressie gekregen. Mijn vriend is toen met Paul een aantal weken in zijn huis gaan zitten (op dat moment hadden we nog een LAT-relatie) om even wat afstand te nemen van mij. Na de bevalling van mijn tweede zoon Lucas  kreeg ik na vijf maanden weer een post partum depressie. Paul was toen bijna drie en wederom heeft mijn vriend de jongens opgepakt en ze vaak mee genomen naar zijn huis. We deden toen dat we ze om en om hadden, een co-ouderschap regeling. Dit was in de periode dat Paul bezig was met zijn zindelijkheid, dus ik heb het sterke vermoeden dat alles best wel complex is, en we hier zonder hulp wellicht niet goed uit gaan komen. En dan met name Paul, die op dit moment niet lekker kan genieten van zijn kleuterschooltijd. Omdat iedereen maar bezig is met zijn plassen, of beter gezegd niet plassen! En de manier van afscheid nemen.

Mijn vriend en ik zijn ons er erg bewust van dat hoe wij met elkaar omgaan, van invloed is op Paul en Lucas, daarom zijn we samen in therapie geweest na mij tweede post partum depressie. De therapie was gericht op onze hechtingsband. Dit heeft onze band veel sterker gemaakt. Ook is er van een LAT-relatie al meer dan een jaar geen sprake meer.

Jeetje wat een rommelig verhaal is het geworden nu ik het teruglees, ik hoop dat u er wijs uit kunt worden. En wellicht dat u nog vragen heeft over een en ander, dan wil ik die graag beantwoorden.

Ik dank u alvast hartelijk voor uw tijd en aandacht, en ben benieuwd naar uw reactie.

Mijn advies 

Jouw mail heb ik aandachtig gelezen en jouw verhaal is helemaal niet rommelig. Je beschrijft heel duidelijk en concreet wat er precies aan de hand is. Jullie beiden hebben het nu heel moeilijk met de aanpak van jullie vierjarig zoontje en op de duur moet je steeds bozer worden. Zo kom je in een negatieve spiraal terecht want met boos worden leert Paul nog niet hoe hij zich moet gedragen en hij wordt dan nog tegendraadser.

De problemen die je noemt zet ik even op een rijtje: (1) heeft een sterke wil waardoor hij vrijwel nergens naar luistert, (2) houdt zich niet aan bepaalde regels die gelden in de kleuterklas, (3) bij afscheid nemen gaat hij gillen en huilen, (4) als hij zijn zin niet krijgt, gaat hij gooien met spullen, (5) op school gaat hij niet plassen.

Je noemt ook een aantal, belangrijke positieve dingen: Paul is gevoelig, slim, leergierig. De zindelijkheidstraining is uiteindelijk goed afgelopen.

Als ik dit zo bekijk, dan is Paul een vrij normale kleuter die echter hoge eisen stelt aan de opvoeders, dus zowel thuis als op school. Dat komt vooral door die sterke wil, wat in feite ook best een goede eigenschap kan zijn. Vrijwel alle problemen draaien om het zijn eigen zin willen doen.

Een voor de hand liggend advies bij de genoemde problemen is er voor te zorgen dat hij geen aandacht krijgt bij probleemgedrag; negatieve aandacht is ook aandacht en op hem inpraten en argumenteren is ook aandacht geven. Wat moet Paul doen om in het centrum van de belangstelling te staan: juist, opstandig zijn en gillen. Zo krijgt hij de macht in het gezin en ook de juffen krijgt hij zo in zijn greep.

Met geen aandacht geven bedoel ik dus dat als Paul gaat huilen als hij zijn zin niet krijgt of bij het afscheid nemen, dan draai je gewoon je rug, je gaat weg of je doet iets anders. Ga vooral niet om hem inpraten, dat heeft een averechts effect. Dat negeren moet je consequent 14 dagen volhouden (een moeilijke opdracht!), want als je er eenmaal toch op ingaat, dan weet Paul dat als hij maar lang genoeg gilt en schreeuwt, zijn moeder of vader uiteindelijk zal toegeven.

Het negeren moet je echter altijd combineren met het 'belonen' ( = aandacht geven) van wenselijk gedrag. Dus als hij zich goed gedraagt, dan geef je hem af een toe een knuffel en een compliment.

Hij is nu pas drie weken op school. Het niet plassen kan daarmee te maken hebben. Mijn advies is dat jullie en de juffen daar enkele dagen niets meer over zeggen en hem verder negeren als hij zich niet goed gedraagt. Als jullie en de juffen hem in diezelfde periode aandacht geven als hij zich goed gedraagt, dan voorspel ik dat Paul uit eigen beweging zal gaan plassen op school.

Willen jullie dit eens proberen? Wel 14 dagen aan een stuk door volhouden! Laat me dan iets weten hoe het is verlopen en dan zien we eventueel verder. Onthou vooral één ding: vrijwel alle problemen bij kinderen gaan vanzelf over. Dat gaat sneller als de opvoeders veel warmte en liefde geven als het kind zich goed gedraagt, maar wel kunnen negeren en dus liefde en warmte tijdelijk onthouden, als het kind zich vervelend gedraagt

 evaluatie

Uw advies was voor ons zeer waardevol, het zorgde er vooral voor dat we samen dezelfde koers gingen varen, en dat maakte voor Paul het grootste verschil denk ik. Duidelijkheid!

Het advies heeft mij goed geholpen/ 9

De problemen met mijn zoon/dochter zijn nu afgenomen/ 7

Dank zij het advies voel ik mij nu zelfverzekerder in de opvoeding van mijn kind/ 8

We stoeien nog wel steeds met zijn zindelijkheid, maar voor ons gevoel is het einde wel in zicht. Op school en de naschoolse gaat hij wel plassen, maar alleen nog als wij erbij zijn. we hopen hem de komende maanden zo te helpen om hem in een goed ritme te krijgen en hij zekerder is dat hij het echt goed kan. zodat hij ook zonder onze aanwezigheid naar het toilet kan gaan. Want verder doet hij alles al zelf, we staan erbij en kijken ernaar.

Hartelijk dank voor uw advies en luisterende oor!


Voorbeeld 2: Dagelijkse strijd met haar zoon van twaalf en een onhandelbare dochter

Een moeder mailt dat zij op mijn website verschillende voorbeelden heeft gelezen. Deze moeder heeft twee kinderen, een zoon van twaalf en een dochter van veertien. Met beiden zijn er problemen. Over haar zoontje schrijft ze (ik vat het korter samen): ’Hij is zeer moeilijk van gedrag op school; hij stoort constant de lessen door geluiden te maken, te zingen en te roepen; hij is helemaal niet geïnteresseerd en schrijft niets op’. De school is nu gestart met een leswaarderingskaart; volgens de moeder is dit bedoeld om een argument te hebben om hem van school te schoppen. Gesprekken met de leerlingenbegeleider en met de directeur hebben niet geholpen. Hij heeft dit schooljaar al twaalf strafstudies gekregen. De directrice heeft gezegd dat een psychiater ingeschakeld moet worden. Haar zoon heeft volgens haar waarschijnlijk ADHD en ze voegde eraan toe dat indien de moeder geen medicatie laat opstarten, zij al de kansen van haar zoon op een normaal leven afnam. De moeder zegt dat zij hierdoor erg geschokt was.

Door zijn zeer moeilijke contact met de leerkrachten, de slechte schoolresultaten en de dagelijkse strijd om zijn huiswerk te doen maken, denkt moeder dat hij niet op die school past, ondanks zijn goede intelligentie.

De moeder schrijft zelf dat ze het heel moeilijk heeft om nog positieve zaken te vinden bij haar zoontje. Hij interesseert zich alleen voor skaten en playstation. Ook eet hij veel achter hun rug, waardoor hij overgewicht heeft. De schoolarts heeft moeder hiervoor opgebeld.

Ook met de dochter van veertien zijn er forse problemen. Zij zit op internaat. Daar heeft ze haar ding gevonden en ze doet goed haar best. Maar in het weekend wil ze absoluut uitgaan. Ze rookt joints, ze drinkt en ze verbergt niet meer dat ze sigaretten rookt. Op school is ze net betrapt bij het snuiven van geplette ritalinpillen. Als de moeder haar aanspreekt op haar gedrag, wordt ze razend.

Ook bij haar dochter vindt de moeder het moeilijk iets positiefs te vinden. Moeder schrijft in haar mail dat ze rondloopt met het idee: ’Had ik maar nooit kinderen gehad!”.

De moeder vraagt mij hoe dit aan te pakken.

Mijn advies

De volgende dag mail ik deze moeder het volgende advies: ’Jouw mail heb ik aandachtig gelezen. Het is voor mij niet eenvoudig om hier al een eerste advies te geven. Bij jouw zoon zijn er al heel wat hulpverleners betrokken en de school is er ook al een hele tijd mee bezig. Met jouw dochter zijn er ook problemen en beiden zijn nog erg jong. Paul is behoorlijk lastig op school, wat de leerkrachten wellicht radeloos maakt. Jullie zitten er ook bovenop om hem te dwingen huiswerk te maken. Al die inspanningen lijken weinig of niets uit te halen. 

Annie is een vrijgevochten meid, die gewoon doet waar ze zin in heeft. Dit houdt veel risico's in. Je probeert tot haar door te dringen om achter de waarheid te komen en haar tot rede te brengen. Allemaal vruchteloze pogingen. Annie verbergt zelfs niet meer dat ze rookt en dergelijke. 

Het is nu zover gekomen dat je  voor jezelf zegt 'had ik maar geen kinderen' gehad. Inderdaad, als ouder heb je andere verwachtingen.

Wat kan ik hier aanbevelen? Adviezen geven op basis van één e-mail is in dit geval onmogelijk en bovendien zou dit het werk van de andere hulpverleners kunnen verstoren (in het geval van Paul). Je wilt weten hoe dit aan te pakken? Één ding kan ik alvast zeggen: alles waarvan je weet dat het toch tot ruzie zal leiden of alles waarvan je vooraf weet dat het zal mislukken, heeft geen enkele zin. Je verpest hiermee het leven van je kinderen en van jouzelf. Dit wil natuurlijk niet zeggen dat je alles zomaar moet toelaten. We moeten echter vermijden dat beide kinderen ook het gevoel krijgen dat hun ouders, net zoals de leerkrachten bij Paul, hen liever kwijt dan rijk zijn. Hun zelfwaardegevoel wordt door al die mislukkingen, al die ruzies en al die kritiek steeds verder aangetast. Terwijl een positieve zelfwaardering voor pubers de motor is van hun ontwikkeling. Wie een lage zelfwaardering heeft, loopt het risico steeds dieper in de put te geraken!

Als je het met bovenstaande eens bent, dan is het van het grootste belang dat beide kinderen in elk geval thuis veel warmte en steun vinden, wat er ook gebeurt. Een heel moeilijk advies want je wilt dat ze beiden het goed doen op school en zich buitenshuis netjes gedragen. Ik kan van hieruit geen advies geven om het gedrag op school en in hun vrije tijd te verbeteren. Daar ligt de taak van de leerlingenbegeleider en de andere betrokken hulpverleners. Ik wil mij daarom beperken tot een advies voor de houding van jullie als ouders.

Je wilt bijvoorbeeld per se weten of Annie gesnoven heeft. Nou, vergeet dat maar. Wat is het nut daarvan? Hoeveel energie zal je daaraan nog besteden en hoeveel ruzie zal er het gevolg van zijn? Precies de dingen die je moet vermijden om het zelfbeeld van Annie nog verder de grond in te boren. Mijn advies: als er een probleem is geweest, zeg je eenmaal welk gedrag je van haar verwacht  en daarna houden we het weer gezellig. Begin dus nooit meer over wat er is gebeurd. Begin elke dag vol hoop met een nieuwe lei. Wees blij als Paul van school thuiskomt of als Annie weer thuis is van het internaat. Vraag hen niet uit. Drink samen een kopje thee of zoiets. Laat hen zelf aan het woord. Toon belangstelling en vermijdt hen de les te spellen of te zeuren. Als je dit volhoudt, wordt de sfeer thuis een stuk gezelliger en de kinderen zullen dan misschien bijdraaien.

Ook al komt het probleemgedrag voor de tiende of twintigste keer weer voor, dan begin je toch telkens opnieuw met een nieuwe lei, vol goede hoop. Ik weet dat dit een bijna onmogelijke opgave is, maar op die manier bewijs je wel dat je alles voor jouw kinderen over hebt. Uiteindelijk zal dit hen inspireren want 'de liefde overwint alles'...

Als ouder zou ik het natuurlijk ook anders willen. Maar om erger te voorkomen is het beter alle ruzie en kritiek te voorkomen. Dit zal lukken als jij en jouw man beide kinderen met veel warmte en liefde opvangen, wat er ook moge gebeuren. Dus als je van school weer slechte berichten krijgt of als Paul met geen stok aan zijn huiswerk is te krijgen, beperk je tot een enkele opmerking (positief geformuleerd) en geef hem een dikke knuffel van een zeer liefhebbende moeder. Doe nu hetzelfde als jouw dochter thuis komt: geef haar het gevoel dat ze heel erg welkom is. Als in het komende lange weekend ze weer heel nare dingen doet, zeg dan eenmaal op positieve wijze wat je van haar verwacht en direct daarna maak je het weer gezellig met haar.

Ik hoop dat je begrip hebt voor mijn standpunt.

Vriendelijke groet’. 

Evaluatie

Ik hoor verder niets meer en twee maanden later stuur ik een mail met enkele evaluatievragen. De moeder mijn adviezen als volgt:

1. Het advies heeft mij goed geholpen: cijfer 10

2. De problemen met mijn zoon/dochter zijn nu afgenomen: cijfer 9

3. Dank zij het advies voel ik mij nu zelfzekerder in de opvoeding van mijn

kind: cijfer 9

En zij voegt hieraan toe: ’De raad om altijd opnieuw met een propere lei te beginnen nadat je één keer duidelijk hebt gezegd wat niet kan/mag/moet is heel moeilijk om toe te passen. Maar iets wat ik per geluk bijna elke keer nu toepas omdat het echt de enige manier is die werkt. Ik probeer meer te genieten van mijn kinderen en dat begint te lukken ;-) 

Hartelijk bedankt!’.

Verklaring van het succes van dit online advies

Zelf ben ik erover verbaasd dat met één mail zo’n gunstig resultaat geboekt kan worden. Toch klopt dit met mijn ervaring in projecten voor zeer intensieve gezinsbegeleiding. In gezinnen waar de problematiek zo ernstig was dat langdurige psychotherapeutische hulp noodzakelijk leek, kon soms zeer snel resultaat geboekt worden door het geven van eenvoudige en concrete adviezen die de ouders thuis konden toepassen. In dit voorbeeld weten we niet of de problemen op school ook verminderd zijn. De moeder schrijft er in haar advies echter niets meer over.

Wat kan dit succes verklaren? In plaats van ingewikkelde en diepgaande psychotherapie proberen we afspraken te maken over de gewone dagelijks omgang, bijvoorbeeld:

  • bij een probleemkind nu ook eens en vooral aandacht geven als het eens goed gaat en dan een knuffel geven of een compliment. Je waardering laten blijken. Opvoeders gaan er te gemakkelijk van uit dat normaal gedrag vanzelfsprekend is. Er extra aandacht aan geven is makkelijker gezegd dan gedaan, want het vereist een fundamentele verandering in de houding van de opvoeders: in plaats van alert te zijn op wat er fout gaat, in plaats van bij een moeilijk kind te kijken naar wat dat negatieve beeld van het kind bevestigt, nu eens vooral gaan kijken naar wat er positief is aan dat kind.
  • probleemgedrag negeren zodat het geen aandacht meer oplevert. Dit is een moeilijk advies want het wordt dan eerst nog erger en hoe ver kan je hierin gaan, bijvoorbeeld als het kind een zusje of broertje hard slaat?
  • niet zoeken naar oorzaken in het verleden, maar gewoon kijken in het hier en nu naar hoe gedrag ontstaat in de interactie tussen ouder en kind. Dat levert dan heel concrete richtlijnen op over hoe om te gaan met het kind. Het verleden kunnen we niet terugdraaien. Als opvoeders hebben we wel controle over wat er nu gebeurt. Dit betekent niet dat we de invloed van het verleden ontkennen en dat verleden kan de behandelingsmogelijkheden beperken. Toch reageert een mens niet als een robot die geprogrammeerd is in het verleden. De actuele invloeden spelen een doorslaggevende rol en er is ook nog zoiets als de vrije wil.


Dit zou er kunnen op neer komen dat kleine veranderingen in de manier waarop de gezinsleden met elkaar omgaan, leiden tot een betere sfeer thuis. Zij hebben meer positieve ervaringen met elkaar. Hierdoor krijgen ze de kracht om ook andere problemen zelf op te lossen.

Het lijkt alsof het voldoende is dat de hulpverlener een eerste stapje in de goede richting mogelijk maakt, daarna gaat het vanzelf verder zonder dat de hulpverlener nog moet tussenkomen.

Nu zullen niet alle problemen zo makkelijk opgelost kunnen worden. Er blijven uitzonderingen bestaan. Maar als ik kijk naar de evaluatie van de online adviezen, dan wijzen de resultaten in die richting. Bij deze gezinnen gaat het meestal niet om erg problematische gezinnen, maar toch komen er ouders die al heel veel hulp gehad hebben en ten einde raad zijn.


Boek over mijn online adviezen: ’Gek van kinderen’ 

img_0246_155_155




 TERUG NAAR OVERZICHT

KLIK OP AFBEELDINGEN VOOR MEER INFORMATIE ( mijn twee boeken verschenen in januari 2018):


STARTPAGINA