https://www.ministrando.org/sitemap.xml.gz

februari 2019

1. Waar halen we onze gedragsnormen vandaan? Wat biedt hier houvast? Als de mensen dat zelf gaan bepalen wordt, volgens Kierkegaard, het leven één grote twijfeling, één grote maalstroom. Als de mensen de wet gaan bepalen, dan is er willekeur en vandaag wordt dit en morgen dat gehouden als de norm. Is het de meerderheid die bepaalt wat de norm is en moet het individu van anderen horen hoe hij zich hoort te gedragen? Hierover zegt Kierkegaard dat in dit geval het leven één grote verontschuldiging wordt met veel uitvluchten.

Willen we ontsnappen aan die willekeur, dan moet er een hoogste instantie zijn die zegt wat de gedragsnormen zijn. Die instantie kunnen we God noemen. De mens wil echter in vrijheid leven zonder God in de wereld. Na het afschaffen van de lijfeigenschap, wil de verlichte mens ook ontsnappen aan de lijfeigenschap van God. Die laatste lijfeigenschap betekende dat wij tot in onze diepste gedachten en gevoelens toebehoorden aan God, tot in het meest verborgene toe. De lijfeigenschap aan God was in deze zin veel erger dan de lijfeigenschap aan mensen.

Door God af te schaffen, hebben we de mensen in de plaats gesteld als de autoriteit die de wet bepaalt. Dit leidt echter tot willekeur en twijfel.

Waar ligt dan de oplossing? Waar vinden we het houvast voor ons gedrag en daarmede voor de zin van ons leven? Het antwoord van Kierkegaard ligt bij het individu: de enkeling moet zich houden aan zijn betrekking tot God: „Alleen dan is er betekenis, mening, waarheid en werkelijkheid in ons bestaan, als wij allen, ieder voor zich, op één plaats onze orders ontvangen en zo ieder persoonlijk, onvoorwaardelijk aan Een en Dezelfde gehoorzaam zijn”. Is dat het geval, dan is er houvast in het leven, omdat God ons vasthoudt. Er heerst geen verwarring en twijfel, want de enkeling begint niet te praten over ’de anderen’ en bedenkt geen uitvluchten en verontschuldigingen. De enkeling houdt zich onvoorwaardelijk aan de geboden.

Dit is geen kwestie meer van naïef geloof. We hoeven slechts durven na te denken als individu, in volledige vrijheid, over waar we onze normen vandaan halen. Het probleem van deze tijd is niet de afvalligheid, het atheïsme of de ontkerkelijking, maar het gebrek aan nadenken en bezinning. Waar halen we onze gedragsnormen vandaan? Dat is de wezenlijke vraag. Neem bijvoorbeeld de liefde: waaraan moeten we ons houden in een liefdesrelatie: is dit onvoorwaardelijk en onbaatzuchtig, of is het een simpel contract. In het eerste geval kan alleen een hoogste instantie die eis stellen; in het tweede geval is het een menselijke constructie. Aan u, beste lezer, de keuze. Als u kiest voor het eerste, dan moet u wel de vraag stellen wie, waar, hoe die hoogste instantie is.

2A. zondagavond 3 februari 2019: ik heb het al vaak geschreven, maar ik heb behoefte om het nogmaals te herhalen. Er wordt verschrikkelijk veel geld besteed aan bewapening, ook door de armste landen in de wereld. Er wordt enorm veel verdiend aan de wapenhandel. Zogenaamd beschaafde democratieën exporteren wapens naar landen waar tirannen de bevolking onderdrukken. Als we dit plaatsen tegenover de honderden miljoenen kinderen die goed onderwijs moeten ontberen en hun talenten niet ten volle kunnen ontplooien. Als we zien dat miljarden mensen in ontbering moeten leven. Dan kunnen we slechts concluderen dat  de Satan ons flink in zijn greep heeft. Hoe kunnen onze politici, zowel in het ’vrije’ Westen als in de rest van de wereld, deze schande blijven dragen? Zij zijn te vervloeken.

2B. Gisteren de brief aan de klimaatspijbelaars op twitter en instagram geplaatst.

3. Het irritante begrip ’Oneindig’

Menselijk gedrag wordt door een oneindigheid van factoren bepaald. De miljarden cellen in het menselijk brein, die bovendien met elkaar in interactie staan, beïnvloeden de gevoelens, de gedachten, de driften. Welk idee in de mens opkomt, welk gevoelen hij heeft of hoe hij zich op een gegeven moment gedraagt, wordt mede bepaald door de miljarden prikkels die vanaf zijn geboorte op hem hebben ingewerkt en ook door de prikkels die hij nu ondergaat. Dit alles maakt het onmogelijk iemands gedrag te verklaren en te voorspellen. De menswetenschappen zijn in wezen een zinloze bezigheid. Diagnostiek is onverantwoord. Met de meest complexe modellen om gedrag te verklaren of te voorspellen, gebruiken de wetenschappers slechts een handjevol factoren. Tegenover de oneindigheid van invloeden op de menselijke persoon is dit gewoon  een belachelijke simplificatie. Daarom is voor wetenschappers het begrip ’Oneindig’ zeer irritant en zij schuiven het van zich af.

Hetzelfde geldt voor het klimaat. Hier zijn er ook oneindig veel factoren die een rol spelen. Factoren die al miljarden jaren werkzaam zijn. Invloeden van de aarde zelf en invloeden die vanuit de kosmos ons bereiken. Vandaar dat er nooit overeenstemming kan zijn over een bepaalde theorie, bijvoorbeeld over de klimaatopwarming. Er is altijd wel een model te vinden dat eerdere bevindingen tegenspreekt. Dit is afhankelijk van de factoren die in het onderzoek worden meegenomen. Ook hier kunnen de wetenschappers slechts een fractie van mogelijke oorzaken tegelijkertijd onderzoeken.

Wat zijn hiervan de consequenties? In elk geval dat wetenschappers zeer bescheiden moeten zijn en dat twijfel het hoogste goed is. Ook moeten we uitermate voorzichtig zijn met het trekken van conclusies of met het uitvoeren van experimenten. We hebben namelijk veel te weinig factoren in de hand, zodat we nooit goed weten wat de gevolgen zullen zijn van ons handelen.

De belangrijkste conclusie is echter dat we het begrip ’Oneindig’ heel ernstig moeten nemen. De oneindigheid moet de horizon zijn van ons denken en handelen. Is contemplatie van het oneindige misschien niet veel beter dan het negeren ervan? Is het oneindige misschien de Oneindige?

Contemplatie, genietend bewonderen, elke mens als een wonder zien: dè remedie om de destructie van onze planeet te voorkomen en om mensen niet te discrimineren.

Contemplatie van de Oneindige, ooit een roeping voor velen, nu vergeten.


4. Ik ben niet zo iemand die met opgestoken vingertje zegt hoe mensen zich horen te gedragen. Ik wil slechts mensen aan het denken zetten en hen deelgenoot maken aan al mijn twijfels.

Moest ik het voor het zeggen hebben, dan zou ik geen landen bekritiseren omdat ze de mensenrechten schenden. Het is onze taak om het goede voorbeeld te geven. Dit voorbeeld kan anderen inspireren. Dissidenten in andere landen moeten zelf veranderingen proberen teweeg te brengen. Dat laatste kan meestal op passende wijze, zonder zichzelf in gevaar te brengen, rekening houdend met de waarden en normen van de eigen cultuur.

5. Wat Kierkegaard schrijft over de liefde tussen man en vrouw roept een interessante vraag op: Waar is die liefde op gebaseerd? Is het op verliefdheid, hartstocht of op het driftleven? Dat is allemaal waar, maar is dat voldoende? Verliefdheid, hartstocht en driften zijn vergankelijk. Dit biedt nog geen reden om trouw te zijn aan elkaar, of om elkaar onvoorwaardelijk en onbaatzuchtig lief te hebben.

Wat ligt dan wel aan de grondslag van huwelijkstrouw, van onvoorwaardelijkheid en onbaatzuchtigheid waardoor echtscheiding in wezen geen optie is? We moeten durven door te dringen tot aan het echte antwoord op deze vraag. Tenzij we niet geloven in trouw en liefde niet zien als onvoorwaardelijk en onbaatzuchtig. Maar als we dat niet geloven, wat blijft er dan nog over van menselijke liefde? 

Het antwoord ligt in het gebod. Kierkegaard zegt dat liefde eerst en vooral de vervulling is van de Wet. Zo komen we noodzakelijkerwijs tot de vaststelling dat liefde een gebod is van een Hogere Macht. Er is geen andere verklaring mogelijk.

Conclusie: dat mensen elkaar onbaatzuchtig en onvoorwaardelijk kunnen liefhebben en elkaar eeuwig trouw zijn, is een godsbewijs. Voor mij is dit een absoluut uitgemaakte zaak. Let wel: het begrip ’God’ heeft bij mij niet de betekenis die de naïeve gelovige er aan geeft. We kunnen niet zeggen dat ’God bestaat’: dit zou betekenen dat God is, dus behoort tot het Zijn. God staat integendeel buiten het Zijn. Over God kunnen we eigenlijk niets zeggen, omdat God ons beperkte verstand te boven gaat. Bovendien blijft het aan-gene-kant-van-het-Zijn voor ons volkomen onbekend, als een vierde dimensie die niet toegankelijk is voor onze zintuigen. Dit betekent daarom niet dat ’God’ het grote Niets is. Als ik het heb over het Godsbewijs dan beperk ik mij tot de vaststelling dat via de naaste, - in het appel dat van hem uitgaat om hem lief te hebben -, God tot mij spreekt; ook al blijft Hij de Onzichtbare, de Oneindige die ik in mijn eindig bestaan en mijn eindig verstand nooit kan bereiken.

Velen verwerpen nochtans de logische consequentie van menselijke liefde, namelijk dat deze liefde slechts onbaatzuchtig en onvoorwaardelijk kan zijn. Dit ontkennen ligt aan de basis van de ontrouw en van het gebrek aan respect voor elkaar.

Het christendom heeft het huwelijk tot een gewetenskwestie gemaakt en Christus zei: „Mijn Rijk is niet van deze wereld”. Door de liefde zo te aanvaarden, stellen we ons boven het dierlijke driftleven en is de huwelijksrelatie geen onderdeel van de consumptiemaatschappij waarin de partner een lustobject is of de leverancier van geld en comfort.

Levinas formuleert het op deze manier: Het menselijke begint daar waar iets belangrijker wordt dan mijn eigen leven: het leven van de Ander. In het andere geval is leven slechts een strijd om te overleven, gebaseerd op macht. Dat is een leven zonder ethiek.

Wat ik persoonlijk heel jammer vind is dat veel mensen alles wat met de Kerk heeft te maken van zich afzetten. Daar hebben zij veel argumenten voor, die ik niet zal weerleggen. Maar met de ontkerkelijking is het kind met het badwater weggegooid: in dit geval de volmaaktheid die liefde tussen twee mensen kan zijn (voor de goede orde: ik ben al zestig jaar niet meer kerkelijk en door mijn studie ligt het judaïsme mij nader dan het christendom, maar ik ga de kernboodschap die het fundament is van onze Europese beschaving niet uit de weg*).

Daar komt nog iets bij: als we de liefde zo ernstig opvatten, als een gewetenszaak, dan moeten we met de grootste zorg er ons op voorbereiden. Als we in ons leven er iets ’volmaakt’ van willen maken, dan moeten we heel zeker zijn van onze zaak. Met andere woorden: de relatie gaan we pas aan als we ons volledig willen geven, volkomen onbaatzuchtig en onvoorwaardelijk. Op dat moment verbinden we ons voor eeuwig. Niet eerder, geen ’proefperiode’, maar totale overgave. Zo ernstig moeten we de liefde nemen.

(*) Iets wat de Europese Commissie wel doet, waardoor ik een grondige afkeer heb van deze zakelijke en nietszeggende bureaucratie die niemand inspireert.

P.S. Een link naar deze tekst heb ik op twitter geplaatst, in de wetenschap dat het niemand interesseert. Maar ik kan niet anders.

6. Het waardevolle bij de (politieke) tegenstander

Kierkegaard zegt dat het makkelijker is over de mensen te klagen en te zuchten, dan zichzelf op de borst te slaan. Het is makkelijker iemand aan te klagen, dan streng te zijn over zichzelf. Men moet de liefde niet zoeken buiten zichzelf, maar men moet de liefde met zich meedragen. We moeten niet iemand lief hebben ondanks zijn zwakheden, fouten en onvolkomenheden, maar mèt zijn zwakheden, fouten en onvolkomenheden.

Deze Deense filosoof geeft het voorbeeld van twee kunstenaars. De ene heeft veel gereisd en zegt niets moois te hebben ontdekt; er was geen mens die de moeite waard was om te schilderen. De andere, die niet heeft gereisd, noemt zichzelf geen kunstenaar, maar in elke mens heeft hij iets moois ontdekt. De tweede is de ware kunstenaar. 

Kierkegaard: „Het is een droevige achteruitgang, die maar al te vaak voorkomt, enkel en alleen er over te spreken hoe het voorwerp van de liefde zijn moet, om liefde te kunnen verwerven”. Als men al te kieskeurig is (Kierkegaard noemt dit „de afschuwelijke geheimen van de kieskeurigheid”) verbittert men het leven van zichzelf en van anderen. Dan is het heel moeilijk het verloren gegane terug te krijgen; het verloren gegane is de dosis van liefde en goedhartigheid die ten slotte aan ieder mens is geschonken.

Deze gedachten sluiten perfect aan bij mijn therapeutische visie. De therapie moet een positieve ervaring zijn. Ik vertrek niet vanuit een diagnose van wat afwijkend of gestoord is, maar ik zoek in elk kind en bij elke ouder naar de talenten, de positieve eigenschappen en de specifieke behoeften en verlangens (dat is niet zo simpel bij een incestpleger of bij iemand die een ernstig geweldsdelict heeft gepleegd. Maar doe je het wel, dan is dat de beste manier om recidive te voorkomen. Tel uit jouw winst).

Stel je voor dat in de politiek hetzelfde principe wordt gehuldigd. Dit zou betekenen dat bij de tegenpartij vooral gekeken wordt naar wat zij te bieden hebben en naar de positieve punten in hun partijprogramma. Politiek wordt dan een gezamenlijk project om vrede, welzijn en welvaart te brengen. Dat het niet zo is, bewijst dat de politiek niet gebaseerd is op liefde voor de medemens. Dat zou Kierkegaard een zeer ernstig misverstand noemen.

Ik wil hier tenslotte er op wijzen dat de hier aanbevolen houding voortvloeit uit het christendom. Dit is wat bedoeld wordt met het joods-christelijk fundament van de westerse beschaving. De islam staat daar diametraal tegenover (de ander, de ongelovige, de afvallige moet gedood worden of ten minste volstrekt afgewezen. Van integratie in de westerse samenleving kan geen sprake zijn, want het Westen is verdorven, decadent, goddeloos, enzovoorts). De islam ondermijnt daardoor het fundament van onze beschaving. Zie bijvoorbeeld hoe de islamitische partij DENK handelt in de Nederlandse Tweede Kamer: alleen maar klagen, de anderen de schuld geven en ze willen de gevestigde traditionele partijen ontmaskeren . In mijn visie verwerp ik daarom de islam niet: in een islamitische land is het inderdaad de religie van de vrede (dat is het positieve). Vandaar dat de moslims het best kunnen terugkeren naar de landen van herkomst om daar, met solidaire steun vanuit Europa, vrede, welzijn en welvaart te realiseren.

7.  Waarom verzetten de MSM en de EU zich niet tegen de islamisering van Europa?

Geleidelijke processen vallen niet op. Maar als we het geluk en het optimisme van de hippietijd vergelijken met het huidige klimaat waarin iedereen op de toppen van zijn tenen moet lopen, wordt duidelijk dat die mooie dagen van weleer voorgoed voorbij zijn. Zonder dat we het weten is de sharia-wetgeving in werking gesteld: de wereld wordt preutser, spot of kritiek wordt genadeloos neergesabeld, de samenleving is verdeeld in gelovigen en ongelovigen en de gelovigen eisen meer en meer de publieke ruimte op, de blanke man als symbool van de goddeloze levensgenieter is de grote schuldige, om die reden houden de blanke mannen zich gedeisd en zoeken ze het compromis, wie de strijd aangaat moet levenslang beschermd worden.

Elke toegeving, elk compromis wordt gezien als een overwinning van het ware en absolute geloof. Er is geen houden meer aan. Binnen de EU staan meer dan 50 miljoen volgelingen klaar om een definitieve islamitische stempel op Europa te drukken.

Het gevolg hiervan is dat we vreemden in onze eigen cultuur aan het worden zijn. De lagere sociale klasse in de oude volkswijken weet er alles van. Het is daarom goed even aan te geven wat die eigen cultuur concreet betekent:

  • volstrekte vrijheid van meningsuiting
  • vrouwen en mannen die ongedwongen met elkaar omgaan
  • respect voor de opvattingen van anderen, hoe tegenstrijdig die ook mogen zijn met de onze
  • schuld durven erkennen en kunnen vergeven
  • de menselijke waardigheid van onze vijanden respecteren, dus ook van criminelen en andersdenkenden
  • en boven alles: zich persoonlijk, als individu, verantwoordelijk voelen voor de anderen, ook al vereist dit verzet tegen het groepsdenken.

Dit laatste punt is de essentie van het christelijk fundament van de Europese beschaving, dat gelukkig werd overgenomen door humanisten en atheïsten. Dit  werd uitstekend verwoord door de Deense filosoof Soren Kierkegaard: „De triomf van het christendom is dat het de relatie van mens tot mens tot een gewetenszaak heeft gemaakt". Dit wil zeggen dat we niet moeten roepen ’Het is de wil van Allah’ of ’Allah akbar’, maar dat ieder van ons moet weten dat hij zelf volledig verantwoordelijk is voor zijn daden. Een christen weet dat een mens doden omwille van zijn ideeën, simpelweg moord is. Een christen zegt niet ’Allah akbar’, God is de grootste, maar hij weet dat God van hem verwacht de gelijke van God te zijn („Wees volmaakt zoals uw hemelse Vader volmaakt is”).

Hiermee kom ik tot het kernpunt. De belangrijkste en misschien wel enige oorzaak van het gebrek aan verzet tegen de islamisering van Europa is het verlies van ons houvast. Dit is dramatisch tegenover de kracht en het absolutisme van de islam. Het houvast dat Europa heeft gemaakt tot de hoogste beschaving, ligt in de bovengenoemde zes punten die we aan het christendom te danken hebben.

De MSM hebben al decennialang de spot gedreven met het christendom en de EU is een nihilistische bureaucratie. Het gevolg hiervan is de weerloosheid van Europa.

Tot slot wil ik beklemtonen dat het mij niet gaat om kritiek op de islam. Dat is een cultuur die gewoon anders is en niet te integreren binnen Europa. Alleen grote staatsmannen zien dit in en dat is het juist wat ontbreekt in ons continent. Een staatsman zou het gezag hebben om de MSM binnen te leiden in een nieuw tijdperk van Verlichting. Een staatsman zou met de islamitische landen een verdrag kunnen sluiten om samen ieders eigen cultuur te beschermen en tot bloei te laten komen.

8. De meeste lezers nemen mijn teksten niet serieus. Ze menen dat ik het christendom verdedig of ze haken af zodra ze iets lezen over God. Dat is dus een misverstand. Ik probeer slechts te putten uit duizendjarige wijsheid (vandaar dat teksten van joodse exegeten mij erg aanspreken, terwijl ik alle ’gedoe’ van religies verre van mij af houd). Die wijsheid bevrijdt mij van de beperkingen en de eenzijdigheid van het rationele denken. Wat veel mensen niet vatten is dat het vreselijk dom is en hooghartig te denken dat de mens in staat is ’alles’ te begrijpen en over alles uiteindelijk meesterschap te verkrijgen. Die mensen leven in de beperkingen van het ’Zijn’ en weten niet dat er ook een ’Anders-dan-Zijn’ is, maar dat begrijpen ze niet. De Bijbel is in feite niets anders dan het ’Anders-dan-Zijn’ dat de mensen inspireert of kan inspireren. Daarvoor open staan bevrijdt de mens.

9. Vandaag, maandag 11 februari 2019, de volgende tekst op mijn website geplaatst:

De 21ste eeuw de beste eeuw ooit

10. De ontkerkelijking

(de meeste mensen in de westerse wereld zullen dit een onzinverhaal vinden. Toch is de enige weg om vreselijke ellende in deze eeuw te voorkomen, de openheid voor een Hogere Macht, die zich buiten het Zijn bevindt, en die een appel op ieder individu doet om zich verantwoordelijk, dit is als een goed mens, te gedragen. Ik besef dat ik mij hierdoor bij velen belachelijk maak, het zij dan maar zo)

De ontkerkelijking is aan de ene kant een goede zaak, aan de andere kant heeft het geleid tot een enorm verlies. Het was een goede zaak omdat we ons bevrijd hebben van heel wat ballast, hypocrisie, een waanzinnige seksuele moraal en van macht van mensen die in feite geen wereldse macht mogen uitoefenen. Diegenen die ondanks dit alles toch zijn blijven geloven, vormen een kleine kern van ware gelovigen.

Het nadeel van de ontkerkelijking is dat we het contact met de Oneindige zijn kwijtgeraakt. Dit betekent dat ons leven, ons denken en voelen, beperkt blijft tot de zichtbare wereld. Levinas noemt dit de totaliteit. We leven daarom, zonder het te beseffen, in een totalitaire staat van het consumentisme, het materialisme en het rationalisme. We staan niet meer open voor wat buiten die totaliteit is, voor wat ’buiten het zijn’ is. Dit laatste wordt door velen verworpen. Zij zien niet meer de mogelijkheid (in feite de zekerheid) van een „werkelijkheid” aan gene kant van het Zijn. Die mensen zijn de gevangenen van het Zijn. In deze zin was de ontkerkelijking geen bevrijding, maar integendeel een zich afsluiten binnen de grenzen van de zichtbare wereld. We kunnen dit met het volgende beeld illustreren: de vissen in het water kennen het vuur niet, dat betekent niet dat het vuur niet bestaat (Maïmonides in de 12de eeuw). De rationele mens kent zijn wereld, maar heeft geen idee van wat buiten die wereld bestaat.

Om dit proberen te verduidelijken wijs ik op de ervaring die een mens kan hebben als hij geconfronteerd wordt met een boodschap die hem aan het denken zet, die hem het gevoel geeft iets mee te maken dat ’niet van deze wereld’ is, als een boodschap uit onbekend gebied. Dat is het gebied dat ik definieer als ’aan-gene-kant-van-het-Zijn’. We worden daardoor heel diep getroffen. Het gaat ons verstand te boven. We ervaren iets dat hoger staat dan wat menselijk mogelijk is. Een siddering gaat door ons heen. Bij wijze van voorbeeld geef ik een citaat uit een lezing van een priester (Marc Van Tente):

"Een vrouw wordt hem voor de voeten gesmeten: op overspel betrapt. De Wet zegt: “Stenig haar!” En wat denkt de Meester ervan? Jezus draait zich om en antwoordt niet. De schriftgeleerden insisteren: “Wat zegt u, Meester?” Jezus: “Wie zonder zonde is, mag eraan beginnen.” Ze staan schaakmat, en druipen af. Als alleen de gewone mensen er zijn, spreekt hij de vrouw aan: “Vrouw, ze hebben je niet veroordeeld? Ik ook niet. Ga naar huis en zondig voortaan niet meer.” Met andere woorden: Jezus breekt met het letterlijk onderhouden van wetten, van legalisme. Niet de ‘wet’ bevrijdt en redt mensen, maar goedheid en onvoorwaardelijke vergeving. (Johannes 8,1-11).

Een Griekse vrouw uit de grensstreek van Galilea komt naar Jezus: “Genees mijn dochter!” Jezus antwoord: “Ik ben gekomen met brood voor de kinderen van Israël – versta: niet voor jullie, heidenen, ‘honden’.” Maar de vrouw repliceert: “Dat kan zijn, maar eten de hondjes niet de kruimels die van tafel vallen?” Jezus staat perplex: hoe durft ze? Maar hij staat nu wel voor een dilemma: ofwel blijft hij bij zijn ‘neen’, en dan gaat hij in tegen de goedheid die hij overal rondstrooit; ofwel geeft hij toe, maar dan zondigt hij tegen de Wet die verbiedt met niet-joden om te gaan. Hij geeft toe: “Je groot vertrouwen heeft je dochter genezen!” Jezus doorbreekt de muren tussen mensen en volkeren. (Marcus 7,24-3)”.

Deze verhalen zijn al tweeduizend jaar oud. Ze zeggen ons dat vrouwen met respect en rechtvaardig behandeld moeten worden en dat we hen als gelijkwaardige gesprekspartners moeten zien. In niet-christelijke landen is dit nog steeds niet het geval. Dit bewijst dat een interventie van ’buitenaf’, dit is ’van-gene-zijde-van-het-Zijn”, noodzakelijk is om de mensen hiertoe op te roepen. Hieruit moeten we niet afleiden dat een beschaving met een christelijk fundament daarom superieur is.  Het zegt slechts dat Europa een roeping heeft om andere volkeren, door het eigen voorbeeld, hiervoor te inspireren. Door de ontkerkelijking dreigt deze roeping verloren te gaan. We leveren ons over aan het Zijn waar alleen de macht en het eigenbelang of het groepsbelang telt.

Hoeven de twee bovenstaande voorbeelden nog verdere uitleg?  Persoonlijk voel ik mij geraakt door deze twee verhalen, zo diep geraakt dat alleen een Hogere Macht, - een Wezen aan gene kant van het Zijn -, in staat is de mensen zodanig te inspireren. Het is aan u lezer om voor uzelf al of niet te erkennen dat verhalen als hierboven ons bevrijden uit de totaliteit van het Zijn.

Na de ontkerkelijking wordt het tijd weer om tot de kern van de zaak te komen. Dan is er weer hoop voor Europa.  Voor de goede orde: dit is geen oproep tot bekering en evenmin tot terugkeer naar het „Rijke Roomse Leven”, maar een rationele overweging om verder te kijken dan de zichtbare wereld en ontvankelijk te zijn voor wat ons ten diepste raakt. Zoals we hevig verliefd worden op een mens, waarbij rationele overwegingen geen rol spelen, kunnen we de diepste liefde hebben voor het „aan-gene-zijde-van-het-Zijn”.

11. Vandaag, vrijdag 15 februari 2019 op Academia.edu een tekst gepubliceerd onder de titel: Ontkerkelijking en het afzwakken van de moraal

12. Vandaag was het 17,2 graden in Ukkel, president Trump wil per se een muur bouwen aan de grens van Mexico en schoolkinderen betogen voor het klimaat. De actualiteit van vandaag is peanuts tegenover wat ons te wachten staat.

13. In het gewone leven gaat het om geven en nemen. Wie iets heeft ontvangen, staat in schuld tegenover de gever. De schuld wordt afgelost door te geven aan diegene bij wie men in schuld staat.

Is er dan iets anders dan ’het gewone leven’? Een leven waarbijvoorbeeld diegene die geeft in schuld komt te staan bij de ontvanger? Dat zou de omgekeerde wereld zijn.

Toch is volgens Kierkegaard die ommekeer het geval in de liefdesrelatie: hoe meer liefde je geeft aan een ander, hoe meer je in schuld komt te staan. Die schuld kan daarom nooit worden afgelost. Dat is te verklaren doordat als je iemand lief heeft, je nooit kunt zeggen dat het nu genoeg is geweest. Als je eenmaal liefde hebt gegeven, moet je oneindig doorgaan. Citaat:De liefde is het meest afkerig van in rekening staan met elkaar; dat is ondenkbaar. Zoiets is slechts mogelijk in een eindige verhouding, omdat de verhouding van het eindige tegenover het eindige zich laat berekenen. Maar de liefderijke kan niet rekenen. De linkerhand hoeft niet te weten wat de rechterhand doet". 

Persoonlijk zou ik 'het andere dan het gewone leven' willen bepalen als een leven dat voeling houdt met het transcendente. In dit laatste leven gaan we niet op een berekende wijze met elkaar om, maar voelen we ons steeds in schuld ten aanzien van de anderen. Is er een politiek en een economie mogelijk die niet berekenend is? Is het kenmerkende van een staatsman juist niet dat hij zichzelf vergeet en opkomt voor de mensen, zonder uitzondering?

14. Kierkegaard blijft mij verrassen. Een tekst uit 1847 is meer dan ooit toepasselijk op deze tijd. Hij schrijft bijvoorbeeld dat de wereld het christendom dwaasheid vindt en ergernis opwekt. We kunnen in deze tijd makkelijk zeggen dat de Europese beschaving een christelijk fundament heeft (en velen ontkennen dit en leggen de nadruk op de rationaliteit en de Verlichting), maar wat betekent een christelijk fundament? Het leidend principe is dat niet de wereld de maatstaf is voor ons handelen, maar onze (persoonlijke) relatie tot God. Concreet: een christen is niet zelfzuchtig, scheldt niet terug als hij verbaal wordt aangevallen, vergeeft zijn vijanden en is bezorgd niet genoeg te doen voor hen. Deze consequenties maken duidelijk  hoe weinig ’werelds’ het christendom is. In de wereld wordt zelfzucht normaal gevonden, wie niet terug scheldt is geen man van eer, wie bezorgd is voor zijn vijanden is gek. Kierkegaard: „De wereld kan zich niet voorstellen dat de christen niet dezelfde begeerten en hartstochten heeft als zij; en als hij ze heeft, waarom hij ze dan bedwingt”.

Ik vind deze gedachten van Kierkegaard fantastisch. Ze kunnen ons op het spoor zetten van een wereld zonder zelfzucht en zonder vijandschap. In deze 21ste eeuw een noodzaak. Zouden de voortdurende aanvallen op de Kerk ook niet het gevolg zijn van de ergernis die het christendom oproept?

We zouden in heel deze redenering het begrip God en de religie er buiten kunnen laten, zodat we ons beperken tot de kernwaarden van een ethiek die de wereld beschaafd en volwassen maakt. Op die manier zouden meer mensen, vooral dan diegenen die alle ’geloof’ verre van zich houden, bereikt worden. Ik wil de volgende tijd eens proberen een dergelijke ethiek kort te beschrijven. Uiteraard blijft altijd het transcendente op de achtergrond spelen. Dit is te vergelijken met wat Levinas deed: zo puur mogelijk filosofie bedrijven, zonder zijn joodse religieuze achtergrond te verloochenen.

Wat we toch allemaal moeten doen om mensen over de drempel te krijgen…

15. Is ons leven opbouwend? Opbouwen dat is bouwen vanaf de grond. Opbouwen in figuurlijk zin is zich gedragen met liefde voor de medemensen. We kunnen het begrip ’opbouwen’ daarom alleen gebruiken als het uit liefde gebeurt of als de grond de liefde voor de medemensen is. Dit is enerzijds een begrenzing en anderzijds is het onbegrensd want alles kan met liefde worden gedaan. Het kleinste woord of de geringste daad kan opbouwend zijn. Maar de grootste daad en de meest verheven woorden kunnen niet opbouwend zijn als de liefde voor de medemensen er niet aan ten grondslag ligt. Hetzelfde geldt voor kennis, wetenschap en techniek: dat kan opbouwend zijn op voorwaarde dat we die kennis, wetenschap en techniek gebruiken uit liefde voor de medemensen.

Moeten we in de wereld niet veel meer de nadruk leggen op het opbouwende en het nutteloze, het liefdeloze zoveel mogelijk vermijden? Moesten we het opbouwende eens als criterium nemen voor de politiek, de economie en de opvoeding: zou de mensheid dan niet meer volwassen zijn?

16. Maar dat appel tot naastenliefde wordt dit niet platgewalst als het collectief onbewuste uitbarst? De verdrongen inhouden in het collectief onbewuste kunnen onbeheersbaar worden. De klimaatspijbelaars, de gele hesjes, de opkomst van radicale partijen op de linker- en rechtervleugel van het politieke firmament: allemaal tekenen die er op wijzen dat er iets aan het broeien is onder het volk.

In het collectief onbewuste zijn biologische krachten of driften aan het werk. Als die uitbarsten is er geen houden meer aan. Als de oogsten door de klimaatverandering op mondiale schaal mislukken, zodat chronische voedseltekorten ontstaan; als hele gebieden onbewoonbaar worden, als oorlogen zodanig escaleren dat totale vernietiging van de vijand noodzakelijk is of bij andere rampzalige gebeurtenissen, dan is het elk voor zich, dan is het elke groep voor zich. Een vreemdeling is zijn leven niet meer zeker. Politieke tegenstanders worden uitgeschakeld. Tientallen miljoenen worden uit Europa verdreven. Gevangenen en al wie ooit een geweldsdelict heeft gepleegd, worden opgeknoopt. Al wie tot last is voor de samenleving wordt geëuthanaseerd. Is dit het wat ons te wachten staat? Zullen de mensen dit de noodzakelijke ingrepen achten om de vitale behoeften nog te kunnen bevredigen? In zo’n fase van de geschiedenis is er geen ruimte meer voor ethiek, voor mensenrechten, voor democratie. Wie kan daar nog tegenstand aan bieden?

17. Wie kan daar nog tegenstand aan bieden? Hier komt Kierkegaard ons te hulp. Hij maakt een onderscheid tussen menselijke eigenschappen als wijsheid, macht, talent en kennis en de eigenschap liefderijk te zijn. De eerste eigenschappen kunnen we gebruiken voor onszelf, voor anderen of beide. Liefde echter is geen eigenschap die we voor onszelf kunnen gebruiken, maar is een eigenschap waardoor en waarin we voor anderen leven. Dit laatste komt aardig overeen met wat Levinas substitutie noemt (de Ander wordt het centrum van het Ik).

Wat betekent nu dit onderscheid? De wijze mens kan bijvoorbeeld veronderstellen dat anderen de wijsheid niet hebben. Hetzelfde geldt voor diegene die machtig is of veel kennis heeft. De liefderijke mens kan echter niet veronderstellen dat de anderen niet liefderijk zijn. Volgens Kierkegaard is het wezenskenmerk van de liefde juist dat men uit liefde de liefde bij anderen veronderstelt: „Liefde bezitten is liefde bij de ander veronderstellen”. Vandaar dat de liefde alles verdraagt, alles gelooft en alles hoopt: "de liefde gelooft alle dingen, want alle dingen geloven is juist, al wordt het niet gezien en al ziet men zelfs het tegenovergestelde, veronderstellen dat de liefde toch in de grond, zelfs in de dwaling, aanwezig is, zelfs in het slechte, het meest haat verwekkende”. 

We kunnen ons nauwelijks een politiek voorstellen waar de ene partij de liefde, het goede bij de ander veronderstelt en toch is dit volgens Kierkegaard de enige manier om opbouwend, dit is constructief te zijn. Kierkegaard voegt hieraan toe: „De liefde gelooft alle dingen en wordt toch nooit bedrogen”.

Dit lijkt me een wijsheid die in de barre tijden die voor ons liggen van vitaal belang zal zijn.

De houding die Kierkegaard aanbeveelt, namelijk altijd het goede bij de ander veronderstellen, pas ik ook toe in mijn therapeutisch handelen. Dit geldt zowel naar de ouders toe, als naar het kind. Dat is niet zo eenvoudig bij schandalige toestanden, maar het is toch de enige manier om bij de ouders en kind het goede naar boven te halen. Meestal gaat het toch om diep gekwetste mensen die vaak van kleins af door anderen werden misprezen. De vergelijking met racisme is niet ver te zoeken.

18. let op: als je in onderstaande en bovenstaande teksten het woord ’naastenliefde’ vervangt door ’verantwoordelijk gedrag’, dan wordt in deze tijd van klimaatverandering deze tekst relevanter dan het lijkt.

 Twee citaten van Kierkegaard zijn in deze tijd van Twitter het overdenken waard:

„Slechts oppervlakkige. onbezonnen, hartstochtelijke mensen die zichzelf niet kennen, oordelen maar vlug weg”

 „Slechts zeer warhoofdige en half ontwikkelde mensen menen een ander te kunnen oordelen krachtens hun weten. Dat komt omdat zij niet eens weten wat weten is.”

Het weten of de kennis van de mens is altijd uiterst beperkt tegenover de oneindigheid van mogelijkheden. Hoe kunnen we dan oordelen over een ander mens? Twee mensen die beiden eerlijk, oprecht, achtenswaardig en betrouwbaar zijn, kunnen onder gelijke omstandigheden precies het tegenovergestelde doen. Dat komt niet omdat hun kennis verschillend is, maar omdat zij in andere mogelijkheden geloven. De ene mens is wantrouwig en de ander is liefderijk. Wat de mens ’gelooft’ bepaalt zijn persoonlijkheid. Kierkegaard: ’Eerst met het geloof begint de enkeling zijn leven”.

Het is daarom een fundamentele en tragische vergissing onze leven louter op de rede te baseren en de mens louter als een rationeel wezen te zien. In de rede en rationeel gezien zijn we allen gelijk. Kennis is neutraal en onverschillig. Kennis is onpersoonlijk. Nog erger: in een puur op de rede gebaseerde samenleving, - zoals de politiek van ons verwacht - wordt niet aan de mensen gevraagd om liefderijk te zijn; er wordt geen naastenliefde gepromoot, maar alleen zich houden aan redelijke afspraken over geven en nemen. Dat is de dood van het menselijke.

Het geloof dat oproept tot de liefde voor de medemens doet het leven van een individu beginnen. En vergeet hierbij niet dat naastenliefde onbaatzuchtig en onvoorwaardelijk is, dus geen kwestie van geven en nemen. In een rationele wereld verliest de mens zijn hoogste menselijke waardigheid.

19. Wijsheid is een verschil kunnen maken tussen wat men begrijpt en wat men niet begrijpt. Wijsheid is vrezen in een dwaling te verkeren. Maar men kan op twee manieren een dwaling vrezen: vrezen dat men van een slecht mens het goede gelooft en vrezen dat men van een goed mens het slechte gelooft. Het eerste is wantrouwen. Het tweede is liefderijk geloven. Een liefderijk persoon gelooft daarom alles en oordeelt niet. Want iemand beoordelen is jezelf bloot geven en staat daarom gelijk met zichzelf beoordelen. In oneindige zin kunnen we slechts onszelf bedriegen. Het gaat erom zichzelf te behoeden voor zinsbedrog.

Het wantrouwen heeft voorliefde voor het kwade. Het goede is voorwerp van geloof.

Deze wijsheid is zo cruciaal voor de menselijke omgang, dat ik mij afvraag waarom dit in de psychologie niet aan de orde komt. Empirisch gezien valt hier niets te halen. Het gaat niet om kennis. Het gaat om geloof, om de keuze alles te geloven en om standvastig te blijven zoeken naar het goede bij de ander.

Wordt men na de studie psychologie een wijs iemand? Of raakt men verstrikt in kennis die afleidt van waar het in werkelijkheid om gaat?

20. Tegenover de dystopie die velen vrezen zullen we ons in barre tijden terugtrekken bij de mensen met wie we verbonden zijn. Het gezin, de familie, de buurt, de streek en het land worden opnieuw een hechte gemeenschap. Dan zal blijken dat in plaats van een dystopie we het beste leven ooit hebben bereikt (of teruggevonden?).

Die basale solidariteit zal vreemd genoeg het fundament zijn voor wereldvrede, voor voorspoed en welzijn voor alle mensen.

21. Vandaag, zondag 24 februari 2019, de volgende tweet de wereld ingestuurd: Kierkegaard (1813-1855) zou Twitter als volgt definiëren: „het gekrakeel van de Rechthaberei”.

Kierkegaard heeft het over "de verstandelijke tijden die te knap zijn geworden om aan wijsheid te geloven”. Zelf meent hij dat geloven meer is dan weten en dat leidt Kierkegaard af uit het volgende: iemand kan weten dat hij wordt bedrogen, maar hij blijft geloven in het goede van de ander. Dit geloof vergt moed, want geloven in het goede van de ander (denk bijvoorbeeld aan een crimineel) wekt verachting en hoon op in de wereld. Maar dit is volgens Kierkegaard moed die de wereld overwint! Het vergt ook moed om te verdragen dat de wereld je dwaas vindt.

Waarop baseert deze filosoof zich om het geloof hoger te plaatsen dan de kennis? Hij neemt als maatstaf de oneindigheid of God: wie de mensen zo lief heeft dat hij altijd gelooft in het goede „ademt in God, put voedsel voor zijn liefde in God en hij sterkt zich aan God”. Maar voor mensen is het heel moeilijk om zich los te rukken uit een lagere voorstelling van de liefde, dit is een voorstelling waarbij men een wereldse voorstelling heeft van de liefde, namelijk verliefdheid en hartstocht voor één persoon waarbij iemand zich bedrogen kan voelen door de ander. De lagere opvatting van de liefde is "de wereld van kleinzieligheid en gekibbel, waar men fopt en gefopt wordt, waar men erop ijdel is dat men kan foppen en waar men bang is gefopt te worden, en trots als men er aan ontkomen kan".

De ware liefderijke zoekt geen vergelding en wordt nooit bedrogen. De ware liefde verlangt geen wederliefde en het is liefde voor alle mensen. Maar zo de naasten, alle naasten lief te hebben is een zeer moeilijke opdracht. Kierkegaard vergelijkt dit met een hond die men leert rechtop te lopen: de hond blijft voortdurend verlangen om weer op vier poten te lopen.

In het licht van de eeuwigheid is er slechts één bedrog mogelijk en dat is zelfbedrog of het opgeven van liefde.

Deze tijd waarin de overgrote meerderheid alle geloof opzij heeft gezet, kunnen we op grond van bovenstaande typeren als de tijd van de grote verdwazing. Wijsheid en een juist begrip van de liefde voor de medemensen vereist dat we ons richten op de oneindigheid of de eeuwigheid. Dat is de hoogste maatstaf en bevrijdt ons van de kleinzielige beperktheid van het tijdelijke. Dat God zich achter die oneindige horizon bevindt is iets dat we niet kunnen bevestigen of bewijzen. Het gaat dus niet om de tegenstelling tussen atheïsme en geloven in God, maar om de gerichtheid naar de Oneindigheid. Nemen we de hoogste maatstaf voor ons handelen of jagen we het vergankelijke na?

22. Het is evident dat we radicaal tegen racisme en tegen discriminatie moeten zijn. We moeten wel erkennen dat sommige beschavingen superieur zijn aan andere. Twee harde criteria bepalen de superioriteit van een beschaving:

(a) de gelijkwaardige positie van de vrouwen

(2) excellent onderwijs voor alle kinderen, aangepast aan hun talenten en onafhankelijk van de sociale klasse

Als aan deze voorwaarden is voldaan zal meteen duidelijk worden dat over alle rassen de talenten gelijk verdeeld zijn en dat dank zij de emancipatie van de vrouwen het welzijn, de welvaart en de vrede in elk land beter dan ooit te voren gewaarborgd zal zijn.

23. Vandaag dinsdag 26 februari 2019 een nieuwe tekst op mijn website geplaatst en via twitter de wereld ingestuurd: ’De multiculturele samenleving: Mooie droom, gevaarlijke illusie'

24. Laatste dag van de maand

Kierkegaard: „ …als een wereld die God vergeten is zich in haar zelfgenoegzaamheid opsluit, dan ontwikkelt de ingesloten lucht gif en geeft dit af". en: „… wanneer alles erop uit is om het menselijk gemoed en de menselijke krachten op dat ogenblik te richten, dan raakt men het perspectief kwijt en dat uit zijn verband gerukte ogenblik … raakt los van het eeuwige „.

Het perspectief wordt geboden door het christendom met behulp van het eeuwige, waardoor op ieder ogenblik lucht en uitzicht wordt gegeven. 

Wat wil dit allemaal zeggen? Wat in het aardse leven hoon of eer oproept, heeft geen of weinig betekenis. Het gaat om de eeuwige betekenis. Het aardse leven is er om te zaaien en het eeuwige leven om te oogsten. Dit laatste biedt het juiste perspectief.

Doordat het christendom nu zo algemeen wordt verworpen en weggehoond, verliezen we het perspectief op de eeuwigheid en verstikken we in het gif dat het opgesloten zijn in de zelfgenoegzaamheid veroorzaakt. Het is daarom niet toevallig dat we ook letterlijk onszelf aan het verstikken zijn door de vervuiling van de atmosfeer. Is die vervuiling niet het gevolg van het gefixeerd zijn op het aardse, ten koste van het eeuwige?

Zich richten op het eeuwige is niets anders dan de liefde voor de Ander. Door die liefde gedragen we ons verantwoordelijk (en nogmaals: we hoeven niet te verklaren dat we in God geloven; de naaste liefhebben is in God geloven).

Met het eeuwige bedoel ik dan niet de hemel of zoiets, maar het wijst op een blijvende zingeving, dus op iets dat onafhankelijk is van de wensen en verlangens van het ogenblik.

Kortom, waar Kierkegaard het heeft over het christendom, formuleer ik dit als een openheid voor wat verder reikt dan het hier en nu, verder dan het wereldse, verder dan het Zijn. Het eeuwige is het anders-dan-zijn of het aan-gene-zijde-van-het-zijn. Die openheid biedt een perspectief dat ons bevrijd uit het totalitaire karakter van het materialisme of van het aan de wereld gebonden zijn. Alleen deze bevrijding kan oorlog en milieudestructie voorkomen, omdat we dan eindelijk meer belangstelling hebben voor wat verantwoordelijk gedrag is dan voor wat ons in het hier en nu, in het zijn, kan bevredigen. Consumptiegedrag wordt dan beperkt tot het bevredigen van vitale behoeften en de mens is dan meer gericht op zijn naasten.

Het is nog een lange weg te gaan. Of komt er een gebeurtenis die alle mensen met de neus op de feiten zal drukken?

=====

vandaag gepubliceerd op ThePostOnline: Het aantal moslims vermindert

Deze voorspelling op grond van demografische ontwikkelingen zal niet uitkomen als de gevolgen van de klimaatverandering van dien aard zijn dat een strijd op leven en dood ontstaat. In grote gebieden kunnen de oogsten jaar op jaar mislukken of de temperatuur en de droogte worden zo ondraaglijk dat deze gebieden onbewoonbaar worden. Dan zullen onbedwingbare biologische krachten de mensen tegen elkaar opzwepen: Survival of the fittest. 

Met heimwee zullen we ons herinneren dat er ooit een tijd was waar de mensen uit ontzag voor de Eeuwige lief en leed met elkaar deelden.

Volledig blog:



2018   FEBRUARI   MAART   APRIL   MEI   JUNI   JULI   AUGUSTUS   SEPTEMBER  OKTOBER   NOVEMBER   DECEMBER  

2019  JANUARI   MAART-APRIL voor vervolg, ziebeschouwingen mei 2019februari 2020april 2020

HOME

   © Juliaan Van Acker 2024